Schrijf je in voor onze dagelijkse nieuwsbrief om al het laatste nieuws direct per e-mail te ontvangen!

Inschrijven Ik ben al ingeschreven

U maakt gebruik van software die onze advertenties blokkeert (adblocker).

Omdat wij het nieuws gratis aanbieden zijn wij afhankelijk van banner-inkomsten. Schakel dus uw adblocker uit en herlaad de pagina om deze site te blijven gebruiken.
Bedankt!

Klik hier voor een uitleg over het uitzetten van uw adblocker.

Meld je nu aan voor onze dagelijkse nieuwsbrief en blijf up-to-date met al het laatste nieuws!

Abonneren Ik ben al ingeschreven
‘Groen’ tripsmiddel draagt bij aan verduurzaming sierteeltsector

"Theo Houdijk: "Tripsbestrijding is geen standaardverhaal meer"

Azatin is een nieuw middel van natuurlijke oorsprong (GNO) tegen trips in de bedekte teelt van siergewassen. Vermeerderingsbedrijf Schreurs beproefde het in de opkweek van gerberaplanten en rozen. Teeltman Theo Houdijk is te spreken
over de resultaten: “Het werkt en het is zacht voor het gewas, ook bij hoge doseringen.”

Azatin is een vloeibare formulering (EC) met de werkzame stof azadirachtine (26 g/l), dat gewonnen wordt uit zaadkernen van de neemboom. Het heeft in de eerste plaats een afstotende (repellent) werking, die het gewas minder aantrekkelijk maakt voor trips en andere plaaginsecten.

Azadirachtine is ook een insecten groeiregulator (IGR) die inwerkt op alle ontwikkelingsstadia van trips. De werkzame stof verspreidt in het blad. Volwassen trips, eieren, larven en poppen die door de spuitvloeistof worden geraakt of de
werkzame stof via plantsappen binnenkrijgen, ontwikkelen zich niet verder en planten zich niet langer voort.

Het middel heeft een nevenwerking tegen mineervlieg, wittevlieg, luizen, kevers en rupsen, maar heeft weinig invloed op biologische bestrijders. Het past goed in geïntegreerde teeltwijzen en is ook toegelaten in biologische teelten.


“In sommige gewassen, zoals anthurium, wordt nooit suiker toegevoegd. In gerbera en rozen kan dat bij het nieuwe tripmiddel zeker geen kwaad”, zegt Pieter Bos tegen Lianne van Wijk.

Welkome aanvulling
Door zijn groene karakter, brede werking en zachtheid voor gewas en biologie vormt Azatin een welkome aanvulling op het middelenpakket. Dat onderschrijven ook Theo Houdijk van veredelingsbedrijf Schreurs uit De Kwakel en gewasbeschermingsadviseur Pieter Bos van Royal Brinkman. In samenspraak met technisch adviseur Lianne van Wijk van Certis is het middel in de aanloop naar de toelating meerdere keren getest in de opkweek van gerbera’s en rozen. “De werkzame stof is al bekend van een vergelijkbaar product, maar de concentratie en formulering verschillen wat”, zegt Pieter Bos. “Het middel schijnt nog iets zachter te zijn voor het gewas. In gevoelige cultivars kan dat net het verschil maken.”

Duurzaam en effectief

De adviseur merkt op dat duurzaam produceren ook in de sierteelt een steeds belangrijker thema wordt en daar past dit product uitstekend bij. Voorwaarde is uiteraard dat het voldoende effectief is in de strijd tegen trips. Lianne van Wijk: “Een volledige bestrijding zul je niet krijgen, maar het heeft wel een duidelijk merkbare impact op de populatie. Je kunt het wat dat betreft vergelijken met BotaniGard. Wij zien het vooral als een preventief middel, dat helpt om
de tripdruk laag te houden.”

Herhalingsbespuitingen versterken de werking dankzij de geleidelijk oplopende concentratie van de werkzame stof in het gewas (opbouweffect). Certis adviseert om Azatin in langere teelten toe te passen in een blokbehandeling van 4 bespuitingen met intervallen van 7 dagen. Voor chrysanten en andere kort cyclische teelten gelden afwijkende adviezen (zie kader). Het interval tussen de blokken moet minimaal 42 dagen bedragen en het maximale aantal bespuitingen is vastgesteld op 20 per jaar.

Gewas heeft totaal geen last

Houdijk voerde de proeven uit op twee kweektafels met 20 soorten gerbera’s en potrozen.
“We hebben gekozen voor jonge planten met bloemen, omdat dat de gevoeligste fase is in de teelt. Er is vier keer gespoten volgens de adviesdosering met 1.500 liter water per hectare, terwijl we normaal minder verspuiten. Als ophoping van het middel in het gewas bloem- of bladschade zou geven, hadden we dat ongetwijfeld
gemerkt. Mijn conclusie is dat het gewas er totaal geen last van heeft.”


Op het opkweekbedrijf staan zowel gerbera’s als rozenplanten. In beide gewassen is Azatin goed bevallen.

Schoon afleveren

Daarmee is nog niet gezegd dat het middel direct een vaste plaats krijgt in het bestrijdingsschema. “De opkweek van uitgangsmateriaal kun je niet over één kam scheren met de teelt”, nuanceert Houdijk. “Telers verwachten dat we brandschone partijen afleveren. Dat maakt het lastig om niet-chemische middelen in te zetten,
want op een enkele uitzondering na werken die niet voor 100%. Toch zien we ook in de sierteeltketen dat men streeft naar minder chemie en meer inzet van groene middelen. Daar willen wij graag in meegaan, zolang we de afdelingen maar op een consequente manier kunnen behandelen. Dat vergt de nodige afstemming met onze afnemers.”

Schoon beginnen en schoon blijven
De opkweekduur van gerberaplanten varieert van vijf tot tien weken, met een uitloop tot drie maanden bij verlengde opkweek. De eerste twee à drie weken staan de jonge plantjes onder doek en worden er geen bespuitingen uitgevoerd. Zodra het doek er af gaat begint de afkweek. “Ons uitgangspunt is: schoon beginnen en schoon blijven”, vervolgt de teeltman. “Tot op heden passen we alleen chemische middelen toe, vanwege de nultolerantie die we voor het afleveren hanteren. Schoon eindigen is dus een must en dat zal voorlopig wel langs chemische weg blijven gebeuren. In de proeven zijn we overigens ook schoon gebleven. Hoge plaagdruk hebben we dit jaar sowieso niet gehad.”

Resistentieopbouw bij trips voorkomen
Houdijk kan zich voorstellen dat Azatin in de afkweekfase een plaats krijgt, mits er aan twee voorwaarden wordt voldaan: de klanten moeten er open voor staan en er moet op afdelingsniveau een consequent schema mogelijk zijn. “Als dat lukt, vind ik het prima”, zegt hij. “Hoe minder chemie we gebruiken, hoe beter. Niet alleen om schoner te produceren, maar ook om niet volledig afhankelijk te zijn van chemie.”

Het aantal toegelaten middelen is beperkt. Afwisselen met groene middelen helpt om
resistentieopbouw bij trips te voorkomen en de effectiviteit van de chemische middelen op peil te houden. Tripbestrijding is geen standaardverhaal meer. Theo: “Je moet goed weten welke middelen en chemische groepen er zijn en hoe je daarmee kunt schakelen. En je moet tegenwoordig ook bij de klant aangeven wat er precies is toegepast. Vroeger vroeg niemand daarnaar.”

Voor het productiebedrijf van Schreurs gelden de randvoorwaarden die Houdijk benoemde niet. Daar wordt al langere tijd gewerkt met een vergelijkbaar product. “Misschien is het goed om beide middelen eens te vergelijken, vooral op gevoelige cultivars”, oppert de teeltman. “Dat is echter niet mijn beslissing; ik ga alleen
over de opkweek.”

Met of zonder suiker

Het nieuwe tripmiddel is toegepast zonder toevoeging van een loksuiker. “In andere proeven zagen we dat suiker de trips activeert en de werking wat versterkt, maar noodzakelijk is het niet”, merkt Van Wijk op.

Pieter Bos: “In sommige gewassen, zoals anthurium, wordt niet altijd suiker toegevoegd, maar in gerbera en rozen kan dat meestal geen kwaad.”

Op de vraag of het nieuwe middel ook in tankmixen is beproefd, antwoordt Van Wijk: “We hebben er een aantal getest. Met Winner en BotaniGard is Azatin prima te combineren en dat geldt ongetwijfeld voor meer middelen. Bovendien is het positief dat Azatin maar weinig olie bevat. Dat geeft een duidelijke plus in de tripsbestrijding, maar je kunt het daardoor niet met alle middelen combineren.”

Vertrouwen opbouwen
Bos en Houdijk blijven het middel voorlopig op kleine schaal testen. Zowel om er jaarrond ervaring mee op te doen, als om klanten vertrouwen te laten krijgen in dit middel van natuurlijke oorsprong. “Het kan de discussie over alternatieve bestrijdingsstrategieën alleen maar bevorderen”, aldus Bos. “Vroeg of laat
zal die toch gevoerd moeten worden, want de roep om verduurzaming blijft.”

bron: Nieuwsmagazine Certis Europe, oktober 2015
Publicatiedatum: