Schrijf je in voor onze dagelijkse nieuwsbrief om al het laatste nieuws direct per e-mail te ontvangen!

Inschrijven Ik ben al ingeschreven

U maakt gebruik van software die onze advertenties blokkeert (adblocker).

Omdat wij het nieuws gratis aanbieden zijn wij afhankelijk van banner-inkomsten. Schakel dus uw adblocker uit en herlaad de pagina om deze site te blijven gebruiken.
Bedankt!

Klik hier voor een uitleg over het uitzetten van uw adblocker.

Meld je nu aan voor onze dagelijkse nieuwsbrief en blijf up-to-date met al het laatste nieuws!

Abonneren Ik ben al ingeschreven
"In coronatijd zijn we wasabi en gember als potplant gaan verkopen"

Wasabiteler vindt nieuwe teelten in kas uit

Tholen - Met zijn wasabi uit de Westlandse kas is Sander van Kampen van Dutch Wasabi bekend geraakt, zeker bij chefs en horecagroothandels. Tegenwoordig kan hij hen meerdere producten aanbieden, waaronder gember. Ook dit Aziatische product komt uit de kas en het is voorlopig niet het laatste innovatieve product van de teler.

“Je moet veel testen, althans, dat vind ik,” zegt de teler, die voordat hij de kas binnenstapte omstreeks 2016 nog IT-consultant was, in het augustusnummer van vakblad Primeur. “Alleen dan kun je snel innoveren.” En innoveren, dat doet Sander. Met wasabi uit de kas is hij een van de heel weinigen, en in Nederland voor zover wij weten de enige. Sander zelf kent kaswasabitelers uit Polen, IJsland en Engeland. Telers met gember in de kas zijn er wel meer, maar nog altijd zijn het er niet veel. “Op een bepaald moment kom je erachter dat alleen wasabi niet genoeg is, maar dat je wel een bepaalde klantengroep hebt die geïnteresseerd is in vernieuwende producten. Toen er bij mij iemand langskwam met de vraag of wij gemberplantjes konden maken, zei ik: ‘Ja hoor, dat kan ik wel.’” Lachend vervolgt Sander: “Vervolgens kwam ik erachter hoe gember eruitziet als je het net uit de grond haalt. Dat product ben ik gaan testen en de reactie van chefs en groothandels was positief. Ze vonden het een mooi en ander product dan wat ze gewend waren. Gember is heel vaak nog een importproduct.”

Gezond businessmodel
Met wasabi kwam Sander voor het eerst in 2018 op de markt. “Maar eigenlijk hebben we dit jaar pas echt grotere hoeveelheden,” geeft hij aan. “Wasabi is geen makkelijke teelt om onder de knie te krijgen. Het is een lange teelt, die 1,5 jaar duurt. Je krijgt gaandeweg met veel onbekende ziekten en plagen te maken. Op basis van wat je weet en kent uit andere teelten kijk je vervolgens wat past in een nieuwe, onbekende teelt.” Datzelfde geldt eigenlijk ook voor gember. “Die teelt is korter, want je poot in het voorjaar en hebt in het najaar oogst, maar ook hier leer je veel. Gelukkig is het aantal ziekten en plagen in gember wel iets minder.” Voor beide teelten geldt dat er nog geen teeltprotocollen zijn. “Je moet alles zelf uitvinden. Dat vind ik juist leuk.”

Foto rechts: wasabi in de kas bij Sander

De teelt van gember en wasabi zijn volgens Sander eigenlijk niet te vergelijken. Dutch Wasabi teelt beide producten ook in een andere kas. “Het zijn allebei smaakmakers, dat is wel een overeenkomst. Met gember kunnen we een breder publiek bedienen. Het product is bekender en ook minder prijzig dan wasabi.”

Afnemers voor de bijzondere kasproducten van Dutch Wasabi zijn chefs en groothandels. “Soms nemen chefs producten rechtstreeks bij ons af, maar vaker kopen zij het bij groothandels die het product van ons krijgen.” Online heeft Sander ook een webshop. “Die dient vooral voor verkoop aan consumenten, maar het is ook een etalage voor chefs. Zij zien er wat wij allemaal te bieden hebben.” Zo biedt Dutch Wasabi ook myoga aan, een Japanse gember waarvan je de bloem eet en niet de knol. “We gaan steeds meer myoga doen.”


Myogaknoppen

Shiso is nog zo’n onbekend Aziatisch product. Het blad uit de familie van de munt wordt echter ook door een andere teler aangeboden. “Ik denk dat wij ermee gaan stoppen. Je hebt groene, rode en ook een tweekleurige. Het is voor ons telkens zoeken, veel testen en soms moet je een product ook al op de markt brengen zonder dat je weet of het echt wat wordt. Van shiso bieden we ook bloemetjes aan, maar dat kunnen we nog niet goed genoeg naar mijn zin. Dan moet je stoppen en de aandacht leggen op andere dingen.”

Dutch Wasabi ziet zichzelf als Japanse/Aziatische moestuin voor (thuis)chefs. “Met de webshop en een groeiend productassortiment erbij begint het stilaan een ‘gezond businessmodel’ te worden,” zegt Sander. “Het is een proces van de lange adem. Dat heb ik wel onderschat toen ik begon.” In coronatijd had de teler zijn hele kas vol wasabiplanten staan. Niet ideaal, want de horeca ging dicht. “Potplanten waren wel enorm gewild, dus toen is het idee ontstaan de wasabi, die wij in potten telen, als potplant te verkopen. Vervolgens zijn we ook gember als potplant gaan verkopen en is ook de gemberafzet gaan lopen. Door constant nieuwe dingen te blijven testen en de kosten laag te houden, hou je het langer vol.”


Wasabipotplant

CO2-voetafdruk
Verwacht bij Dutch Wasabi dan ook geen gloednieuwe hightech kas. “Die hebben wij niet. We huren een kas en houden de kosten laag. De kas staat ook nog niet helemaal vol. Er is ruimte voor nieuwe dingen en die doen we ook volop.” Ook qua teelt en energieverbruik. “In de teelt van gember moet je best veel energie steken. Het is zeker geen koude teelt. Met wat er nu op energiegebied speelt, testen we dit jaar daarom volop hoe we goed gember kunnen telen, terwijl we er zo min mogelijk energie in stoppen. Ook dat is leuk om uit te vinden. De hoge gasprijs maakt je vindingrijk, het zet je aan het denken. Lastig is het wel, maar het is het wel waard.” De gember wordt in januari en februari gepoot en vervolgens is er vanaf juli tot oktober oogst. “Jaarrond bieden we het product niet aan.”

Sander merkt dat hij, in tegenstelling tot enkele jaren terug, opeens vragen krijgt over de CO2-voetafdruk van zijn producten. “Een paar jaar terug vroegen mensen mij daar echt niet naar, nu wel. Dan hoor je: ‘Hé, hoe zit dat eigenlijk?’ De CO2-voetafdruk wordt steeds belangrijker. Het is daarom belangrijk om te laten zien wat je allemaal doet om die zo laag mogelijk te houden. Een groot verschil bij gember maken wij in het gebruik van meststoffen. Ons gebruik ligt veel lager dan wat ze in China gebruiken. Gasverbruik hebben wij wel en zij niet, maar met wat ik weet van de CO2-voetafdruk van gember uit China denk ik dat wij een goed verhaal hebben. Ons product is lokaal en heeft een bijzondere smaak. Ik denk dat we in onze marketing in de toekomst verder ook op die CO2-voetafdruk zeker meer nadruk mogen leggen. Daarmee kunnen we ons onderscheiden, ook van andere telers.” Verder kijkt Sander ook alweer verder, naar andere producten. “Ik verwacht nu dat we volgend jaar wel weer iets nieuws in de markt kunnen gaan testen.” 

Dit artikel verscheen eerder in editie 7/8, 36e jaargang van Primeur. Zie hiervoor www.agfprimeur.nl

Voor meer informatie:
Sander van Kampen
Dutch Wasabi
info@dutchwasabi.nl 
www.dutchwasabi.nl