Groen licht voor ontwikkeling Residu Indicator voor bloembollenteelt
Het project Residu Indicator spitst zich toe op bloembollen voor de droogverkoop. De komende maanden start Praktijkonderzoek Plant & Omgeving van Wageningen UR met de eerste fase van het onderzoek. Dat is gericht op de gewassen tulp, lelie, dahlia, narcis en gladiool. Fase 2 bestaat uit de uitbreiding van de Residu Indicator naar andere bloembolgewassen. De Indicator zal per bolgewas een overzicht geven van de maximale gehalten gewasbeschermingsmiddelen die bij normale bedrijfsvoering, dat wil zeggen toepassing volgens het etiket, op een bloembol aanwezig kunnen zijn.
Projectleider Fons van Kuik: "Bij het opstellen van de Indicator nemen we de ketenanalyse residuen gewasbeschermingsmiddelen die we vorig najaar uitgevoerd hebben als basis. Vervolgens toetsen we de cijfers aan monsters uit de praktijk." Ondernemers uit zowel de teelt als de handel nemen deel in de begeleidingscommissie en zijn betrokken bij de monstername. De indicator kan een instrumenten zijn om het vertrouwen bij de retail te behouden en de gevolgen van de residuproblematiek voor de handel tot een minimum te beperken. Bij perspectief kan de Indicator worden uitgebreid naar andere gewassen.
bron: AgriHolland / Anthos