Schrijf je in voor onze dagelijkse nieuwsbrief om al het laatste nieuws direct per e-mail te ontvangen!

Inschrijven Ik ben al ingeschreven

U maakt gebruik van software die onze advertenties blokkeert (adblocker).

Omdat wij het nieuws gratis aanbieden zijn wij afhankelijk van banner-inkomsten. Schakel dus uw adblocker uit en herlaad de pagina om deze site te blijven gebruiken.
Bedankt!

Klik hier voor een uitleg over het uitzetten van uw adblocker.

Meld je nu aan voor onze dagelijkse nieuwsbrief en blijf up-to-date met al het laatste nieuws!

Abonneren Ik ben al ingeschreven
Onderzoekers zetten eerste stappen naar oplossing

Hoe zorg je voor chemievrij chrysantenstek uit Oost-Afrika?

Hoe zorg je ervoor dat chrysantenstekken uit Oost-Afrika die Nederland binnenkomen vrij zijn van chemische gewasbeschermingsmiddelen? Want alleen dan kun je in de chrysantenketen een 'standing army' van roofmijten en roofwantsen opbouwen en tot een succesvolle biologische plaagbestrijding komen, deelt Glastuinbouw Nederland. In de vijf jaar lopende PPS 'Future Proof and Biocontrol-Based Chrysanthemum Chain' zoekt een consortium van partijen, waaronder Glastuinbouw Nederland, sinds 2024 naar oplossingen. Wat heeft dat tot nu toe opgeleverd?

In de PPS ligt de focus op het toetsen en laten vestigen van nieuwe soorten roofwantsen die inheems zijn in Oost-Afrika en die een breed scala aan plaagsoorten bestrijden. Ook onderzoekt het project strategieën om zowel bestaande roofmijten als nieuwe soorten roofwantsen te laten vestigen in Oost-Afrikaanse kassen. Daarbij wordt goed gekeken naar het vereiste lokale kasklimaat, de constante verwijdering van de stekken van de moerplanten en het gebruik van fungiciden tegen roest.

Inventarisatie van plagen
De onderzoekers hebben allereerst in kaart gebracht welke plagen voorkomen op chrysantenplanten die zonder chemische middelen zijn geteeld. Rondom de stekbedrijven in Oost-Afrika zijn daarvoor planten uitgezet, waarna is gemonitord welke plagen zich vestigen. Inmiddels zijn er verschillende tripsoorten verzameld, die momenteel door een taxonoom worden gedetermineerd. Ook vonden de onderzoekers bladluizen, wolluizen en dwergcicaden op de planten. Er is afgelopen winter gemeten en afgelopen zomer.

'Standing army' creëren
Daarnaast is in Oeganda en Tanzania bij de roofmijten Amblyseius swirskii en Neoseiulus californicus onderzocht of je met bijvoeding een 'standing army' kunt opbouwen. De onderzoekers keken daarbij naar de klimaatomstandigheden in het gewas, de dagelijkse fluctuaties en de vraag of hitte een beperkende factor vormt voor het vestigen van roofmijten. Deze experimenten zijn op vijf bedrijven uitgevoerd en de laatste data komen momenteel binnen. De analyse daarvan is nu in volle gang.

Nieuwe natuurlijke vijanden
Ook bij de zoektocht naar nieuwe natuurlijke vijanden zijn stappen gezet. In Oost-Afrika zijn drie Orius-soorten in kweek genomen. Een grotere verwante Anthocoris-soort en een nog grotere Nabis-soort worden nog gedetermineerd. Als aanvulling hierop is nog gekeken naar de toegevoegde waarde van lokale lieveheersbeestjes voor de haardbestrijding van wolluis en bladluis. De kweek van één lokaal lieveheersbeestje dat op wilde planten wolluis at, bleek helaas geen stand te houden. Wel zijn de larven van een ander lokaal lieveheersbeestje getest tegen katoenluis en vergeleken met gaasvlieglarven. Beide bleken de luispopulaties met meer dan 90% te reduceren, alleen zonder volledige uitroeiing van haarden.

Milieufootprint
Het project kijkt, naast het optimaliseren van 'standing army's' van roofmijten en inheemse soorten roofwantsen in Oost-Afrika, ook naar de vroege vestiging van roofwantsen in de bewortelings- en teeltfase in Nederland. Verder wordt de milieufootprint van verschillende toekomstscenario's in kaart gebracht, zodat duidelijk wordt welke biologische strategieën het meest duurzaam zijn in de gehele keten.

De PPS 'Future Proof and Biocontrol-Based Chrysanthemum Chain' is een samenwerking van: Glastuinbouw Nederland, Stichting Chrysant NL, alle grote chrysantenveredelaars (Dekker, Deliflor, Dümmen Orange, Floritec en Royal van Zanten), hun stekproductielocaties in Oeganda en Tanzania, Royal FloraHolland, MPS, UFEA, Scarab Solutions, Milkweed Biologicals en Wageningen University & Research (WUR). Ook de Oegandese kennisinstellingen Makerere University en NARO zijn aangesloten.

Gerelateerde artikelen → Zie meer