De beroepsorganisaties van de onderscheiden schakels in de keten van de plantaardige productie (Boerenbond, ABS, AVBS, Belplant, Comeos, Fegra, Iscal, FVP House, FWA, Liprobel, Tiense Suikerraffinaderij en VBT) erkennen het belang van de doelstellingen van de Europese Commissie. Om de Europese Green Deal, de Farm-to-Fork en de eiwitstrategie te realiseren, is een duidelijk Europees wettelijk kader nodig wat betreft gewasbescherming en de duurzame inzet van gewasbeschermingsmiddelen (SUR).
Vanuit de betrokken sector wordt met betrekking tot de voorstellen van de SUR aandacht gevraagd voor:
- De omschakeling van een Richtlijn naar een Verordening biedt kansen voor een gelijk speelveld binnen (en buiten) de Europese Unie.
- De Europese en Belgische plantaardige productie kent een diversiteit aan gewassen en tevens aan ziekten en plagen. Oplossingen voor deze diversiteit aan schadelijke organismen-gewassen combinaties dienen gezocht te worden voor verschillende teeltsystemen (vollegrond, substraat, overdekt, …).
- Biologische en niet-chemische alternatieven van gewasbeschermingsmiddelen moeten ontwikkeld, onderzocht en toegelaten worden. Bij de beoordeling van gewasbeschermingsmiddelen is het belangrijk te kijken naar het gevaar en risico en niet naar de productiewijze van het middel.
- Effectiviteit en beschikbaarheid – via een snelle en accurate toelatingsprocedure – staan centraal zonder de veiligheid voor het milieu, mens en dier in gevaar te brengen. Een gelijk speelveld is cruciaal in onze wereldeconomie.
- Doelstellingen betreffende de cijfermatige reductie van het gebruik en het risico van gewasbeschermingsmiddelen dienen rekening te houden met de inspanningen die in het verleden reeds gebeurd zijn en met de lokale omstandigheden zoals de diversiteit van teelten en teeltsystemen.
- Als meer selectieve middelen (specifiek tegen één doelorganisme) ingezet worden, ten opzichte van breedwerkende middelen, dan kunnen meer behandelingen nodig zijn. Dit moet dus mee in rekening gebracht worden bij de berekening om de doelstellingen te behalen.
- Ook bij het instellen van kwetsbare gebieden dient rekening gehouden te worden met de lokale omstandigheden. De huidige inschatting is dat 100% van het Vlaamse en nagenoeg 80% van het Waalse landbouwareaal (UAA – utilized agricultural area) kwetsbaar gebied wordt.
- De Belgische sector vraagt om de administratieve lasten zoveel mogelijk te beperken.
Bron: Boerenbond