Schrijf je in voor onze dagelijkse nieuwsbrief om al het laatste nieuws direct per e-mail te ontvangen!

Inschrijven Ik ben al ingeschreven

U maakt gebruik van software die onze advertenties blokkeert (adblocker).

Omdat wij het nieuws gratis aanbieden zijn wij afhankelijk van banner-inkomsten. Schakel dus uw adblocker uit en herlaad de pagina om deze site te blijven gebruiken.
Bedankt!

Klik hier voor een uitleg over het uitzetten van uw adblocker.

Meld je nu aan voor onze dagelijkse nieuwsbrief en blijf up-to-date met al het laatste nieuws!

Abonneren Ik ben al ingeschreven

LTO pleit voor legalisatie vroege PAS-melders zonder natuurvergunning

Buiten de PAS-melders zijn er nog honderden of duizenden andere bedrijven die niet over een geldige natuurvergunning beschikken. Dit blijkt uit een door NRC gepubliceerde analyse op 30 augustus. Deze groep, de zogenaamde ‘interimmers’, stamt uit de periode van vóór 2010. Wat LTO betreft hebben alle ondernemers die buiten hun schuld om zonder geldige vergunning zitten, recht op legalisatie door de overheid. "De overheid moet onterechte knelgevallen niet selectief te hulp schieten."

Toen de Natuurbeschermingswet in 2009 werd gewijzigd, moesten deze bedrijven met terugwerkende kracht alsnog een natuurvergunning aanvragen. Veel bedrijven waren zich daar niet van bewust en zijn er ook niet door de overheid op geattendeerd, stelt LTO. Anderen kregen expliciet van het bevoegd gezag te horen dat een nieuwe vergunning voor hen niet vereist was. Nu, vijftien jaar later, worden zij alsnog geconfronteerd met het feit dat ze niet over de vereiste vergunning beschikken.

Veel boeren en tuinders hebben de voorbije jaren alsnog een vergunningaanvraag ingediend bij de provincie. Maar verschillende provincies hebben vergunningverlening on hold gezet – waardoor zij hun on-vergunde situatie niet op kúnnen lossen. Hoe groot de groep interimmers precies is, is onbekend. Ook onbekend is hoeveel boeren en tuinders binnen deze groep vallen. Bekend is wel dat een groot aantal interimmers andere economische activiteiten dan landbouw betreffen (bedrijven en fabrieken, maar bijvoorbeeld ook campings).

Het is wat LTO betreft onacceptabel dat het Rijk en de provincies naar elkaar wijzen als het gaat om het oplossen van de interimmers: mensen die volstrekt buiten de eigen verantwoordelijkheid en schuld om zonder geldige vergunning blijken te zitten. Terecht wijst NRC er volgens de belangenbehartiger in haar artikel op dat bewindslieden van opeenvolgende kabinetten hebben aangegeven dat zij haar (mede)verantwoordelijkheid zou nemen bij het oplossen van deze knelgevallen. "De groep interimmers komt nu in beeld in de media, maar het bestaan van deze bedrijven was bij de overheid altijd al bekend en hun stikstofuitstoot is de voorbije jaren ook integraal opgenomen in het stikstofmodel Aerius en de daaruit voortkomende berekeningen."

LTO roept bovendien al jarenlang structureel op om álle knelgevallen te legaliseren: PAS-melders én interimmers. Wat LTO betreft verdienen alle onterechte knelgevallen een gelijke behandeling. Niet alleen PAS-melders (waarvoor inmiddels een legalisatieprogramma in werking is getreden) hebben recht op een oplossing; de interimmers ook. De zoektocht naar deze oplossing kan door het Rijk niet eenzijdig worden doorgeschoven naar de provincies.

Bron: LTO Nederland

Publicatiedatum: