
Om al die Rhino’s, zo genoemd omdat ze, met een beetje fantasie, wel iets weghebben van een neushoorn, probleemloos te laten functioneren, is een flink traject van trail and error doorlopen. “Een half jaar geleden hebben we het eerste exemplaar geleverd”, vertelt Roy Achterbosch. “Voordat die überhaupt kon gaan rijden, moest een inductiecircuit worden aangelegd: koperen draden in het beton, gelegd in een daartoe uitgeslepen gleuf in de grond. Vervolgens moest de Rhino, zwaar uitgerust met allerhande software, sensoren en technische snufjes, bewijzen in de praktijk waar te maken wat er beloofd was. Toen ontdekten wij bijvoorbeeld dat, wanneer er in de kas geveegd wordt, het stof de sensoren in de war stuurde. Dat zijn van die dingen waar je alleen in de praktijk tegenaan loopt.”

De eerste Rhino die Achterbosch bij Emsflower in bedrijf nam
Op locatie in Emsbüren kweekt Emsflower onder ruim 44 hectare glas perk- en potplanten. In Denekamp, Erica en Fretzdorf nabij Berlijn bevinden zich gezamenlijk nog eens 34 ha glas. Je zou alles handmatig van hot naar her moeten slepen, moet men gedacht hebben. “Dat is niet te doen natuurlijk en daarom zijn onze Rhino’s ideaal. De Rhino is voorzien van een ergonomische arm. Dat wil zeggen dat de arm van de wagen, wanneer deze zich in automatische bedrijfsmodus bevindt, achterover geklapt tegen de wagen steunt. Een medewerker kan echter op ieder moment de arm naar zich toetrekken, waardoor de Rhino onmiddellijk overschakelt naar handbedrijf. De medewerker kan hem dan overal heen slepen en karren aan- of afkoppelen. Vervolgens sleept hij de Rhino weer naar de inductiedraad, laat hem los en de wagen schakelt weer over op automatische bedrijfsmodus. Hij kan daarnaast objecten onthouden en zelfs zo geprogrammeerd worden dat hij zonder inductiecircuit kan opereren. Zo kun je bijvoorbeeld inbouwen dat de ene Rhino de ander kan inhalen. En dat alles kan dan weer centraal via wifi worden geregeld.”

De transportwagens rijden planten de kas in.
Transportwagens
En dat is nog niet alles. Naast de Rhino’s heeft Achterbosch een 30-tal transportwagens geleverd. Deze ‘parkeren’ zichzelf in de vulmachine, alwaar potplanten op de wagen geplaatst worden. Eenmaal gevuld rijdt deze zelfstandig de kwekerij in. Daar worden de planten volautomatisch en in één greep van de wagen geladen en op de vloer geplaatst – een systeem dat Achterbosch ook ontwikkeld en geïnstalleerd heeft. De wagen gaat vervolgens weer terug om een nieuwe lading te halen of, wanneer hij juist volgroeide planten mee terug neemt, naar de transportbanden waar de planten gecheckt, verpakt, van een label voorzien en op karren geplaatst worden (een eveneens geavanceerd systeem, dat TTA ontwikkelt en op dit moment aan het plaatsen is). Ook deze tafelwagens, die 8 bij 2 meter meten, rijden volautomatisch, laden op wanneer zij in de wacht staan of parkeren zichzelf wanneer zij geen opdracht meer hebben.
De opdracht bij Emsflower is voor Achterbosch, naast pure business, ook een prestigeproject. “Op deze schaal het interne transport automatiseren, is uniek. En ontzettend gaaf: iets dat wij onze (potentiële) klanten natuurlijk graag laten zien!”, aldus een trotse Roy.
Voor meer informatie:
Achterbosch MachinebouwRoy Achterbosch
Faradayweg 5
7591 HD Denekamp
T: 0541- 35 46 75
E: [email protected]
www.achterbosch.com