Bij recirculatie van het drainagewater ontstaan er geen stoffen die zorgen voor
groeiremming. Dat blijkt uit een inventarisatie en metingen op bedrijven en bedrijfsvergelijking bij chrysant en lelie door de WUR. Technische aanpassingen zijn bij grondtelers vaak wel vereist. De bypass doseerunit zal moeten worden vervangen door een substraatunit met mengbak voor een optimale dosering van meststoffen. De bemonsteringsfrequentie zal omhoog moeten om variaties in het wortelmilieu te signaleren. Daarnaast kan de watergift waarschijnlijk worden geoptimaliseerd door meer water te gaan geven naar behoefte via sensoren en bijvoorbeeld de virtuele lysimeter.
Diverse grondtelers staan nog aarzelend tegenover het hergebruik van drainagewater omdat groeiremming is geconstateerd bij recirculatie. In substraatteelten is recirculatie normaal. Het zou gaan om ca. 1000 ha teelt (o.a. chrysant, freesia, lelie, radijs), ofwel op 50% van de grondtelers betrekking kunnen hebben. Hier is geen kwel of inzijging en er is een drainagesysteem aanwezig. Het doel van dit project was om te onderzoeken of er technische of praktische redenen waren waarom omschakeling naar recirculatie niet
plaatsvond. Hiervoor zijn in het eerste gedeelte van het project tien bedrijven gevolgd, is met betreffende telers gesproken en zijn water- en grondmonsters genomen.
Lees hier het hele rapport van de WUR.