Tholen - De telers die graag meegedaan hadden aan het experiment voor legale cannabisteelt, maar verloren bij de loting, hebben ook verloren bij de rechter. Volgens de rechter had de selectie anders kunnen gaan, maar is er niets mis met de huidige gang van zaken.
Voorlopige voorziening
De wiettelers vroegen om een voorlopige voorziening omdat ze vinden dat de loting voor deelname aan het wietexperiment oneerlijk verlopen is, maar de voorzieningenrechter van de Rechtbank Amsterdam ging daar niet in mee.
De telers, te weten Canna Hood B.V, Green B.V, CANPRO B.V, DutchCanGrow B.V, So Green B.V, TYCH B.V en Can Dutch Connextion B.V., zijn het niet eens met hoe de loting is verlopen. Op 7 januari stonden zij daarom tegenover de ministeries van Medische Zorg en Justitie en Veiligheid, verantwoordelijk voor de loting.
Bezwaren
De rechter oordeelde echter dat de keuze voor loting niet onrechtmatig is. "Dat er ook andere opties waren dan een loting, maakt niet dat loting een verkeerde keuze is," zo is het oordeel.
De telers hadden graag gezien dat er in het keuzeproces ook meer op kwaliteit van de aanvragen zou zijn beoordeeld. Volgens hen zijn er nu telers van onvoldoende kwaliteit ingeloot, terwijl het juist 'van groot belang is dat het experiment slaagt'.
Andere punten die besproken werden door de rechter waren een extra loting waardoor drie telers alsnog werden toegelaten tot de loting ('niet ongebruikelijk', aldus de rechter), locatiewijziging na inloting (noodgedwongen omdat gemeente met meerdere ingelote aanvragers geconfronteerd zijn en een quotum stellen aan het aantal teeltlocaties binnen de gemeentegrenzen) en feit dat er aanvragers zijn die meerdere aanvragen deden met meerdere locaties.
Geen van de punten kon de rechter uiteindelijk verleiden tot het toestaan van een voorlopige voorziening. Een gerechtelijk vervolg op de zaak is niet mogelijk.
De wél ingelote telers ondergaan momenteel een screening op basis van de wet Bibob - oftewel de financiële controle en de integriteitsbeoordeling.