Tholen – Er is een einde gekomen aan een rechtszaak tussen een kassenbouwer en een installateur van insectengaas. In hoger beroep heeft het Gerechtshof van Den Haag geoordeeld dat de installateur ruim 130.000 euro aan de kassenbouwer moet betalen.
Het gaat om schade aan het insectengaas in twee kassen, projecten uit respectievelijk 2011 en 2013. De klant ontdekte binnen enkele jaren schade en dat hoort natuurlijk niet te gebeuren. De installateur, die in eerste instantie ook het eerste project repareerde, vond het bij latere schade echter niet meer zijn verplichting om de schade aan het eerste project op te lossen.
Kassenbouwer en installateur kwamen er samen niet uit en dus kwam het gerechtshof eraan te pas. Die laatste concludeerde dat de oorzaak van de schade aan het eerste project niet meer achterhaald kon worden, maar dat de installateur bij het andere project rekening had moeten houden met de scherpe punten die in de bestaande kas aanwezig waren. Volgens een onafhankelijk deskundige is het gaas niet gemonteerd conform de offerte, met wrijving tot gevolg.
Een 'herenakkoord', dat de kassenbouwer wilde sluiten met de installateur, werd door die laatste afgewezen. Het resultaat na hoger beroep is dat de installateur ruim 130.000 euro aan de hoofdaannemer, de kassenbouwer, moet betalen, net als de proces- en deskundigenkosten.
Het insectengaas in beide kassen is inmiddels naar tevredenheid vervangen.
Het verslag hierboven is een vereenvoudigde weergave van een uitspraak van het Gerechtshof Den Haag van 20 oktober 2020.