Schrijf je in voor onze dagelijkse nieuwsbrief om al het laatste nieuws direct per e-mail te ontvangen!

Inschrijven Ik ben al ingeschreven

U maakt gebruik van software die onze advertenties blokkeert (adblocker).

Omdat wij het nieuws gratis aanbieden zijn wij afhankelijk van banner-inkomsten. Schakel dus uw adblocker uit en herlaad de pagina om deze site te blijven gebruiken.
Bedankt!

Klik hier voor een uitleg over het uitzetten van uw adblocker.

Meld je nu aan voor onze dagelijkse nieuwsbrief en blijf up-to-date met al het laatste nieuws!

Abonneren Ik ben al ingeschreven
"er zijn gewoonweg te weinig overheidsprikkels"

Hoe warmtenetproject Moerdijk werd begraven

Herman van der Meyden is manager overheidsrelaties voor Shell in Nederland. In de volksmond ook wel lobbyist genoemd. Samen met zijn collega’s onderhoudt hij de contacten met beleidsmakers en politici in Den Haag. De afgelopen maanden hield hij een dagboek bij om inzicht te geven in zijn werkzaamheden, en teleurstellingen zoals het niet slagen van het warmtenetproject vanuit Moerdijk dat kassen in Nieuw Prinsenland zou moeten voorzien van warmte en CO2.

Lees hieronder de desbetreffende passage van 13 november 2019 uit zijn dagboek.

Ambitieus
Op sommige momenten maak je ook grote teleurstellingen mee. Ik kan het niet mooier maken. Dit was de dag dat we een project begroeven, een ambitieus warmtenetproject in Moerdijk. Met alle betrokken partijen kwamen we op deze dag bij elkaar om het af te sluiten. Een domper, maar die horen er ook bij. De weken ervoor hebben we het project nog proberen te repareren, maar het was kansloos. Ik vond het belangrijk dat wij met opgeheven hoofd de onderhandelingen zouden verlaten. En dat we er alles aan gedaan hadden om het project te laten slagen.

Het project was een mooi en duurzaam plan om de restwarmte van onze Shell-fabriek in Moerdijk in te zetten voor de verwarming van acht naburige tuinbouwbedrijven. Zo’n 40 MW zouden we kunnen leveren aan een kassengebied dat groeit naar 200 hectare. De verwarming van de kassen gebeurt nu met warmtekrachtcentrales die op gas draaien. Die zorgen voor elektriciteit, warmte en voor CO2.

De meeste tuinders hebben het alle drie nodig. Die CO2 gebruiken de bedrijven voor de groei van de gewassen. Maar ook de tuinbouw moet CO2-uitstoot en gasverbruik verminderen. Een warmtenet is een duurzaam alternatief voor een warmtekrachtcentrale en een volgende stap in de energietransitie.

Businesscase
Het plan was om een warmtebuis aan te leggen van de fabriek naar de kassen van 17 kilometer lang. Daardoor stroomt het warme water van Shell naar de kassen. Een buis naar de andere kant voert het afgekoelde water weer terug. Voor de CO2 zou ook een leiding worden aangelegd. Plus een extra fabriek om de CO2 te ontdoen van andere restgassen.

Omdat de overheid nog geen goede regelingen heeft voor dergelijke warmtenetten, moesten we samen een sluitende businesscase maken. Dat leek lange tijd goed te gaan. De bedrijven zouden zo’n 20 jaar warmte afnemen. De netbeheerder wilde de leiding wel aanleggen, mits die afnemers zou hebben. De provincie Brabant financierde een deel mee. Shell zou de warmte leveren. Daar hoefden we op zich niets voor te hebben, want die warmte hebben we gewoon over. Maar we wilden wel een vergoeding voor de investeringen die we zouden moeten doen. Ook moesten we een goede inschatting maken van de risico’s die we zouden lopen. Als er iets zou misgaan  met bijvoorbeeld een warmtewisselaar, dan zou het kunnen zijn dat onze fabriek tijdelijk zou moeten stoppen. En dat gaat al snel in de miljoenen lopen. Het was een flinke puzzel, die businesscase.

Eind op weg
We waren een eind op weg, maar op het laatste moment bleken er toch een paar stukjes te ontbreken. Tijdens de onderhandelingen heb ik nog even gedacht: wij als Shell kunnen er toch best iets bij inschieten? Maar daar ben ik voor mezelf van teruggekomen. Duurzame projecten moeten gewoon goede businesscases hebben, voor alle betrokken partijen, anders komen de investeringen in toekomstige duurzame projecten gewoonweg nooit op gang. We moeten ook aan de toekomst denken. Ik heb gezocht naar externe financiering om het project rond te krijgen. En ik heb nog gewerkt aan een samenwerkingsovereenkomst. Op een zaterdag heb ik tot twee uur ’s nachts achter mijn pc gezeten.

Overheidsprikkels
Het mocht niet baten. Binnen zeer korte tijd daalden de gasprijzen. Daardoor bleek de bestaande gasgestookte warmtekrachtcentrale voor de tuinders financieel aantrekkelijker te zijn dan het nieuwe gasloze warmtenet. Eerst kreeg ik een mailtje van de tuinders met het slechte nieuws, daarna een telefoontje. Ik wist al snel: foute boel.

Ik durf te zeggen dat het niet aan ons heeft gelegen. Het hele Shell-team wilde dit project. Het is dan verleidelijk bij zo’n teleurstelling om te denken: het ligt aan de tuinbouwbedrijven. Maar dat is het niet. Er zijn ook gewoonweg te weinig overheidsprikkels om dit soort projecten te financieren. Dat moet aangepakt worden, anders kan de transitie niet door. We gaan nu kijken hoe we onze restwarmte toch goed kunnen inzetten in West-Brabant. Dat is ook de energietransitie: vallen en weer opstaan.

Publicatiedatum: