Tholen - Alweer voor het vijfde jaar op rij onderzocht het Erasmus Centre for Family Business (ECFB, onderdeel van Erasmus Universiteit), BDO Accountants & Adviseurs en Rabobank) familiebedrijven. Voor dit onderzoek zijn data van 6.500 bedrijven, waarvan bijna een derde familiebedrijven, geanalyseerd en vergeleken. Volgens Ruud Loos (Senior Manager van Adviesgroep Familiebedrijven) van BDO blijft er nog voldoende te onderzoeken. "Zeker dit jaar met de Corona-uitbraak is de weerbaarheid van de onderneming enorm relevant. Hoe vitaal blijken de familiebedrijven dan? Daar geeft dit onderzoek antwoorden op!"
Klik hier voor het onderzoeksrapport
Vertrouwen in herstel
Voor sommige bedrijven is de impact van Corona echt slikken geweest. Er zijn zelfs bedrijven die zich echt moeten oriënteren of hun businessmodel nog wel houdbaar is. Tegelijkertijd zagen we juist bij veel familiebedrijven dat ze vertrouwen hebben gehouden in hun herstel, waarschijnlijk mede omdat ze meer eigen vermogen hebben en daardoor minder afhankelijk zijn van externe financiers. Voor deze familiebedrijven zou het ook niet verstandig zijn om plotseling het hele bedrijfsmodel om te gooien. Ook niet in deze tijd, nu het Coronavirus veel ondernemers knikkende knieën bezorgt. Een radicale transformatie van de organisatie en/of het businessmodel leidt in de meeste gevallen namelijk juist tot minder groei", legt Ruud uit.
"Bovendien hebben zulke bedrijven vaker crisissen meegemaakt en zijn ze juist in tijden van verandering in staat gebleken om het hoofd boven water te houden. Zij hebben veelal dan ook geen directe druk van de lening die terugbetaald moet worden en laten zich niet gek maken. Ook behoud van werkgelegenheid is voor deze bedrijven een belangrijke doelstelling en daarom gaan ze niet direct snijden. Hopelijk voor hen betaalt dit zich voor hen ook uit als de arbeidsmarkt weer krapper wordt."
Vanaf de derde generatie wordt het (echt) spannend
"Anderzijds blijkt ook uit ons onderzoek dat de continuïteit, waar elk familiebedrijf naar streeft, geen vanzelfsprekendheid is. We zien namelijk dat de concurrentiekracht per generatie afneemt. Onder leiding van de eerste twee generaties groeien familiebedrijven doorgaans sterk, ook sterker dan niet-familiebedrijven in die fase. Het vakmanschap, de drive en ideeën van de oprichters zijn enorme aanjagers van groei. Deze voorsprong slinkt bij veel bedrijven vanaf de derde generatie: snelle groei wordt minder vanzelfsprekend, marktomstandigheden veranderen, de concurrentie loopt in. Juist in deze fase blijkt het cruciaal voor familiebedrijven om nieuwe groeikansen te zoeken en te blijven investeren in innovatie."
"Voor bedrijven is dat wel heel belangrijk om mee te nemen bij de bedrijfsopvolging. Want zijn de kinderen ook de meest geschikte directieleden of is het wellicht een optie om te werken met een externe directie? Eigenaren van familiebedrijven gaan lang mee. Daarmee loop je wel de kans dat er onbewust enig conservatisme insluipt. Het is wel belangrijk dat de prikkels aanwezig blijven om te groeien. Dat hoeft niet altijd in omzet, maar kan ook in kwaliteit of rendement zijn. Het is in ieder geval belangrijk voor bedrijven om de business waar ze goed in zijn te blijven optimaliseren", betoogt Ruud.
De jonge generatie verdient vertrouwen
"Voor de oudere generatie is het daarbij belangrijk om de opvolgers ruimte te geven om zo ook een generatiekloof te voorkomen. Dat wordt vaak makkelijker gemaakt als je externen bij het proces betrekt, die niet belast zijn met de familiedynamiek. Generatiekloven binnen het management leiden in de praktijk vaak tot stagnatie, zo blijkt. Bedrijven waar het leeftijdsverschil tussen familieleden in de bedrijfsleiding groter is dan 25 jaar, groeien veel minder snel dan familiebedrijven zonder zo‘n generatiekloof aan de top. Met andere woorden: het tijdig en op een goede manier overdragen van de leiding aan de volgende generatie leidt tot meer succes. De jongere generatie in de bestuurskamer nog jarenlang op de vingers kijken, blijkt juist tot minder goede resultaten te leiden."
"Tegelijkertijd is de betrokkenheid van de familie cruciaal. In Nederland bestaan zeker 137 familiebedrijven met een geschiedenis die meer dan honderd jaar teruggaat, waar leden van de tiende, of soms zelfs de vijftiende generatie deel uitmaken van het management. Zulke actieve betrokkenheid onder nazaten van de oprichters blijkt een belangrijke voorwaarde voor het succes van de onderneming. Bedrijven waarbij de familieaandeelhouders meer dan vijftig jaar na oprichting op grotere afstand zijn geraakt, laten minder groei zien dan bedrijven waarbij de familie nog intensief betrokken is. Ook blijkt uit ons onderzoek dat oudere familiebedrijven het gemiddeld beter doen wanneer de bedrijfsnaam gelijkstaat aan de familienaam. Bedrijfsnamen als Heineken, De Heus, Van Bommel, De Kuyper, Van Oord en Zeeman refereren in de oren van de buitenwereld al snel aan een roemrijke familiehistorie!"
Een laatste tip van Ruud? "Zoek elkaar op. Familiebedrijven kunnen veel van elkaar leren. Denk aan bedrijven die net in een andere fase in het opvolgingsproces zitten. Als BDO faciliteren we dat graag. Zo organiseren we op 27 oktober een online familiebedrijvenevent over dit thema Vitaliteit, met ondernemers aan het woord. Klik hier om je te registreren: https://bdo-online-familiebedrijven-fb-vi-fbc-20.events.bdo.nl/
Voor meer informatie:
BDO
Ruud Loos
Senior Manager
Adviesgroep Familiebedrijven
Tel: +31 (0)30 284 99 60
GSM: +31 (0)6 5399 2961
ruud.loos@bdo.nl
www.bdo.nl/flowers-food