De omzet van Oboya op de Deense markt is sterk gericht op de bloemensector, die met COVID-19 de afgelopen twee weken een zeer sterke daling van de vraag heeft laten zien. Dit heeft een zeer negatieve invloed gehad op de Deense activiteiten van Oboya, zozeer zelfs dat het bestuur nu, per 31 maart 2020, het faillissement van dit deel van het bedrijf heeft moeten aanvragen.
Het afgelopen jaar heeft de Deense dochteronderneming onbevredigende resultaten laten zien, die nog worden versterkt door de uitbraak en verspreiding van COVID-19 in de afgelopen weken. Om de Raad van Bestuur geen spoedige kentering in de neergaande spiraal ziet, zag men zich genoodzaakt deze drastische maatregel te nemen.
Afschrijvingen en provisies hebben een negatief effect van 54 miljoen SEK (bijna 5 miljoen euro) op het eigen vermogen van Oboya. Dit heeft gevolgen voor alle werknemers in Denemarken, die zullen worden ontslagen. Het bedrijf hoopt hiermee de cashflow voor de rest van het jaar positief te kunnen beïnvloeden.
"Het is zeer triest om gedwongen te worden tot deze maatregel, die werknemers, leveranciers en klanten in een moeilijke situatie brengt. Tegelijkertijd zien we geen andere optie, nu de vraag naar onze producten in Denemarken in zeer korte tijd drastisch is afgenomen. We zullen nu alles in het werk stellen om onze andere onderdelen binnen het bedrijf te ondersteunen en te ontwikkelen. Het is geruststellend voor ons om te zien dat de vraag naar groenten en fruit in Noorwegen, Zweden en Finland toeneemt", zegt Martin Dahlberg, CEO van Oboya.
Voor meer informatie:
Oboya
www.oboya.se