Schrijf je in voor onze dagelijkse nieuwsbrief om al het laatste nieuws direct per e-mail te ontvangen!

Inschrijven Ik ben al ingeschreven

U maakt gebruik van software die onze advertenties blokkeert (adblocker).

Omdat wij het nieuws gratis aanbieden zijn wij afhankelijk van banner-inkomsten. Schakel dus uw adblocker uit en herlaad de pagina om deze site te blijven gebruiken.
Bedankt!

Klik hier voor een uitleg over het uitzetten van uw adblocker.

Meld je nu aan voor onze dagelijkse nieuwsbrief en blijf up-to-date met al het laatste nieuws!

Abonneren Ik ben al ingeschreven

Tuinbouw Almeria kraakt onder virusdruk

Tholen - Maar liefst 150.000 mensen moeten dagelijks naar hun werk in de Spaanse kasgroentenregio Almeria - maar sinds 14 maart mogen er nog maar 2 mensen in een auto zitten en mogen ook bussen maar voor de helft gevuld worden. Alles voor de inperking van het COVID-19 virus, waar veel Spanjaarden mee besmet zijn. Ook zijn restaurants gesloten en ligt het toerisme stil. De groentetuin van Europa kampt inmiddels met stagnerende afzetcijfers, een lokale markt die niet vlot doorloopt en een behoorlijke absentie op de werkplekken. 

Hygiënemaatregelen
“Ze werken hier hard door en ook vanuit de overheid zijn er wat campagnes geweest om de telers te bedanken voor het op peil houden van de voedselvoorraad. Die is net als in andere Europese landen van vitaal belang”, vertelt Jan van de Blom van coöperatie Coexphal. “En enerzijds gaat het werk gewoon door en moeten werknemers gewoon naar de kassen. Teeltadviseurs en toeleveranciers kunnen, mits ze zich aan de afstands- en hygiëneregels in principe ook nog de kas in want dat zijn essentiële beroepen. En de tuinbouw is door de hoge virusdruk ook gewend dat er hygiënemaatregelen in acht genomen moeten worden. Telers weten hoe ze met plantenvirussen om moeten gaan en de maatregelen daarvoor verlengen ze naar het COVID-19 virus. Ze zijn goed voorbereid en denken serieus na hoe ze besmetting kunnen voorkomen.” 

De kwekerijen zijn voorzien van informatieve posters in zes talen om ook de internationale werkers informatie te bieden over de hygiënemaatregelen, regelmatige temperatuurmetingen en herkenbare symptomen. Veel nadruk ligt er op het handen wassen: hoe, waarom en hoe vaak. In de pakstations zijn er desinfecterende gels geplaatst en werken werknemers waar nodig met handschoenen. “In de kas is het afstand houden bovendien niet zo’n probleem, omdat je toch niet met z’n allen op een klein plekje werkt maar vaak een eind uit elkaar”, vertelt Jan.

Transport
Grotere issues zijn er echter in het transporteren van de werknemers van en naar de kassen. Ondanks dat het virus zelf in Almeria niet veel aanwezig is, zijn de gevolgen dat wel. Vanwege de uitgeroepen noodtoestand mag je op dit moment namelijk maar met 2 personen in een gewone auto zitten, in een busje met 3, en bussen mogen slechts 50% van hun capaciteit meenemen.

“Bussen die normaal bestemd zijn om kinderen naar school te brengen, worden nu ingezet voor kassen”, vertelt Jan, “maar in In Almería moeten elke dag 150.000 mensen naar hun werk, en dat is vaak niet mogelijk.” Op het moment kunnen tussen de 10 en 30% van de werknemers van kassen en pakstations niet naar hun werk, zo schat de organisatie. 

Afzet
Verder problemen zijn er in de afzetmarkt. Almeria is een belangrijke exportmarkt en voorziet een groot deel van Europa van voedsel. In eerste instantie leken de bestellingen door te lopen, maar nu horeca en toerisme in heel Europa stilliggen en het hamsteren ook lijkt te minderen, is er een behoorlijke stagnatie opgetreden in de export door het afzeggen van bestellingen.

“Hetzelfde zien we in de nationale markt. Waar eerst de vraag groot was doordat mensen besloten veel eten in te slaan en doordat ze thuis ook vaak meer gebruiken dan wanneer ze uit eten gaan, is dat ook weer stilgevallen. Het seizoen duurt hier nog twee maanden en het leek erop dat de prijs voor het seizoen grotendeels bepaald was, maar nu is de afzet toch behoorlijk verstoord. Voor onze regio is nu van belang dat het goederentransport doorgang blijft vinden en dat de grenzen open blijven”, vertelt Jan. “Dat er product naar bijvoorbeeld Frankrijk doorgang blijft vinden.” 

Ook in Spanje vallen de hardste klappen echter momenteel in de bloemen- en plantensector. In Spanje worden veel voorjaarsbloeiers geproduceerd. “De bloei erin krijgen is in Nederland een stuk lastiger dan hier, zelfs met kunstlicht”, vertelt Jan. “Die planten kunnen bij uitstek in Almería worden geteeld. Hibiscus en dipladenia’s bijvoorbeeld. Maar die markt is volledig ingestort.” 

Potplanten
In totaal gaat het om zo’n 500 hectare sierteelt in de regio, voornamelijk potplanten. De diversiteit onder de bedrijven is, net als in de voedingstuinbouw, groot: van kleine bedrijven waar het werk met name door de familie wordt gedaan, tot grotere conglomeraties van tientallen hectares. Sommige wisselen de teelt van potplanten af met die van paprika, tomaat, aubergine etc. uit zaad in de zomer. 

Een ding is echter zeker: Veel bloemen worden normaal verkocht rond Pasen, Moederdag, en veel tuincentra die in het voorjaar normaal veel klanten hebben, zijn nu dicht. “De telers zien in deze twee of drie maanden 70% van hun jaaromzet verloren gaan. Een aantal grotere telers hebben wel wat reserves, maar bij de kleinere telers is dat minder.” Daarvan wordt bekeken of hulp mogelijk is. “Dat is nog afwachten. Voor steun is Europese regelgeving nodig, omdat staatssteun verboden is. En veel mensen in Spanje hebben hulp nodig op het moment." 

Voor meer informatie:
Coexphal
www.coexphal.es  

Jan van der Blom
jvdblom@coexphal.es