In de KWIN (Kwantitatieve Informatie) staan hoeveelheden en prijzen van onder meer duurzame productiemiddelen, arbeid, energie, productie en afzet van de Nederlandse tuinbouw, van ruim 100 gewassen of bedrijfsconfiguraties. De KWIN is een begrip. Dit voorjaar publiceert de Business Unit Glastuinbouw van Wageningen University & Research de zesentwintigste editie.
De gegevens in de KWIN zijn gedeeltelijk afkomstig uit energie- en productiemodellen. Daarnaast wordt een grote groep telers en adviseurs van verschillende gewassen gevraagd mee te werken.
Europese, landelijke trends en op bedrijfsniveau
De onderwerpen die aan bod komen hebben betrekking op verschillende niveaus. Op Europees en landelijk niveau gaat het over trends in de arealen per sector. Op bedrijfsniveau komen de productie en de bedrijfskosten aan bod. Het gaat daarbij onder meer om benodigde arbeid, energie, bemesting, gewasbescherming, plantmateriaal, verpakking en afzet. Ook worden de rente en afschrijving van duurzame productiemiddelen weergegeven.
Met al die informatie kunnen interessante berekeningen worden gemaakt. Een deel daarvan staat standaard in de KWIN. Voorbeelden daarvan zijn de productie (in kilogram of in stuks) per vierkante meter/per periode en kostprijs per eenheid product. Daarnaast staat in de KWIN ook wat de footprint per product is, ofwel de milieubelasting.
Areaalontwikkeling van de glastuinbouwsectoren
Voor alle partijen in de glastuinbouw
Die informatie en berekeningen zijn interessant voor verschillende partijen, zoals banken, verzekeraars, adviesbureaus en investerende ondernemers. Bovendien kan over een langere periode gezocht worden naar trends en ontwikkelingen. Zo blijkt uit de vergelijking van meerdere KWIN dat dankzij een hogere productie per m2, de kostprijs voor veel producten de afgelopen jaren nauwelijks is veranderd, ondanks de hogere kosten per m2.
Al in 1983 verscheen de eerste editie over de Glastuinbouw van dit lijvige boekwerk. Oorspronkelijk werd de KWIN uitgegeven door de gezamenlijke Nederlandse proefstations. Inmiddels heeft WUR de taak overgenomen.
Bron: Wageningen University & Research