Minder open bloemen leidt tot meer knopval bij phalaenopsis
In de testcentra van Royal Flora Holland vinden onder de noemer van ’Flora Holland Quality’ sinds 4 jaar, in opdracht van ‘Orchidee Nederland’, permanent testen plaats. En deze geven antwoord op de vraag in welk bloeistadium de plant het best verhandeld kan worden – jaarlijks worden in Aalsmeer zo’n 2000 phalaenopsisplanten getest.
Uit de opgeleverde data blijkt dat de planten die minder dan 50% open bloemen hebben significant meer last van knopval hebben. Alle planten ondergaan een standaard transportsimulatie. Gemiddeld neemt per 10% meer open bloemen het risico op knopval af, met andere woorden: een rijpere plant heeft (gemiddeld) minder last van knopval. Wel zijn er verschillen geconstateerd tussen de cultivars; sommige zijn extreem gevoelig, andere hebben nauwelijks last van knopval.
Kortom:
1. Gemiddeld hebben rauw aangevoerde planten meer last van knopval.
2. Door donkere periodes in de keten verergert knopval.
3. Cultivars kunnen gevoelig of juist ongevoelige zijn.
4. Zonder donkerperiodes vindt knopval eveneens plaats, maar later.
Voor meer informatie over het onderzoek naar knopuitval bij phalaenopsis kan men terecht bij Egbert van der Does, productonderzoeker bij Flora Holland: 071-4094286 of [email protected].