Schrijf je in voor onze dagelijkse nieuwsbrief om al het laatste nieuws direct per e-mail te ontvangen!

Inschrijven Ik ben al ingeschreven

U maakt gebruik van software die onze advertenties blokkeert (adblocker).

Omdat wij het nieuws gratis aanbieden zijn wij afhankelijk van banner-inkomsten. Schakel dus uw adblocker uit en herlaad de pagina om deze site te blijven gebruiken.
Bedankt!

Klik hier voor een uitleg over het uitzetten van uw adblocker.

Meld je nu aan voor onze dagelijkse nieuwsbrief en blijf up-to-date met al het laatste nieuws!

Abonneren Ik ben al ingeschreven

Steeds vaker residuonderzoek in sierteelt

Hoewel er voor sierteeltgewassen geen officiële residunormen gelden, wordt er toch steeds vaker onderzoek naar gedaan. Dit doen telers van siergewassen onder andere om aan kwaliteitscertificaten te kunnen voldoen of vanwege handelseisen van grootwinkelbedrijven.



Waar residuonderzoek tot voor kort voornamelijk gebeurde voor AGF-producten, wordt het tegenwoordig ook steeds vaker uitgevoerd voor sierteeltgewassen. Jan Hardeman, productmanager glastuinbouw bij Eurofins Agro, spreekt van een nieuwe trend die verschillende oorzaken heeft. “We zien de laatste paar jaar echt een toename van het residuonderzoek bij sierteeltgewassen. Eigenlijk wel met uiteenlopende redenen. Los daarvan geeft het onderzoek wel veel inzicht. Telers weten als het goed is precies wat ze spuiten. Maar hoeveel blijft er achter op het gewas?”

Redenen op een rij
Waarom wordt er residuonderzoek gedaan bij sierteeltgewassen? Daarvoor zijn de volgende redenen te noemen:
  • Vanwege wensen en eisen van certificeringsorganisaties
  • Vanwege handelseisen van grootwinkelbedrijven
  • Voor controle op residuen op eetbare potplanten. Deze moeten voldoen aan de Maximale Residu Limiet die door de Europese Commissie wordt vastgesteld en door de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit (NVWA) wordt gehandhaafd.
  • Voor controle in verband met de gezondheid van medewerkers.
  • Voor controle op neveneffecten bij geïntegreerde gewasbescherming
  • Om te voorkomen dat resten van middelen in het uitgangswater terecht komen.
  • Om te controleren op mogelijke externe bronnen: middelen die u wel aantreft maar die niet door u zijn gespoten.
  • Vaststellen van spuitschade door dampwerking of overwaaien van bestrijdingsmiddelen voor onkruid
Controles door certificeringsorganisaties en NVWA
Zowel certificeringsorganisaties als de NVWA voeren controles uit om te kijken of er alleen middelen worden gebruikt die toegelaten zijn. Ook wordt er gekeken of alle middelen goed worden bijgehouden. Voor certificering gelden vaak aanvullende eisen.

Maatschappelijke discussie
In het maatschappelijk debat is er ook het een en ander te doen geweest over het gebruik van gewasbeschermingsmiddelen. Zo liet Greenpeace in 2014 onderzoek doen bij tuinplanten, potplanten en bloemen. Dit onderzoek werd gepresenteerd bij het televisieprogramma Radar. Hier ging het met name om middelen die schadelijk zouden kunnen zijn voor bijen. Als gevolg hiervan zijn verschillende grootwinkelbedrijven strengere eisen gaan stellen.

Wat is de norm?
In tegenstelling tot residuonderzoek op AGF-producten, gelden er voor sierteeltgewassen geen MRL-waarden. Het is dus moeilijk om vast te stellen of een vastgestelde waarde veel of weinig is. Maar door een analyse uit te voeren krijgt u wel inzage in de stoffen die er op en in een product achterblijven op het moment van levering.

Voor meer informatie:
Eurofins Agro
Binnenhaven 5
Postbus 170
6700 AD Wageningen
[email protected]
blgg.agroxpertus.nl
Publicatiedatum: