Het gaat om een zaak tussen het College en een plantenkwekerij. De plantenkwekerij verkoopt een deel van zijn productie op het bedrijf zelf. Daarbij verkocht hij ook plantenpotten en potgrond. De Vereniging Westlandse Detaillisten heeft aan het college gevraagd om dit te verbieden. Het verkopen van producten die op het bedrijf zijn gekweekt en afgekweekt is in beperkte mate toegestaan. De verkoop van andere producten wordt gezien als detailhandel en dat mag niet. Toch is bij latere controles de verkoop van onder andere potgrond geconstateerd.
De kweker kreeg uiteindelijk een dwangsom opgelegd van 5.000 euro per overtreding. De dwangsom is driemaal ingevorderd en driemaal oordeelde de rechtbank dat dat terecht was. Tegen die laatste uitspraak ging de kweker tevergeefs in hoger beroep.
De kweker voerde onder andere aan dat de potgrond een product van de eigen kwekerij was omdat het ging om eigen groenafval die hij op een ander bedrijf liet composteren. Ook dat betoog werd afgewezen.