
De binnenlandse productie van rozen neemt toe, zo communiceerde RusInform gisteren een Russische bron. Quote: “Steeds vaker verkiest de consument de Russische variant boven de Nederlandse. Dit heeft alles te maken met de prijs van de binnenlands gekweekte roos, die veel gunstiger is. Exclusief transportkosten zijn Russische afnemers zo’n 63 roebel (0,85 euro) kwijt voor een Nederlandse roos. Voor de vriendelijker geprijsde Penza-variant – een stad in Rusland - betaalt men 25 tot 40 roebel (0,34 tot 0,54 euro).”
De Russen zijn qua uitgangsmateriaal compleet afhankelijk van de Nederlandse producten, weet ook Roodenburg, en dat zal niet zomaar veranderen. Tegelijkertijd wordt er driftig glas weggezet en maakt het land serieus werk van het ontwikkelen van de binnenlandse glastuinbouw. De door RusInform aangehaalde bron lijkt dit te bevestigen: het gebied rond Penza, een stad in Rusland, zou inmiddels genoeg rozen produceren om het gehele Europese deel van Rusland van rozen te kunnen voorzien.
Rustig in de handel
Of er op de veilingen iets gemerkt wordt van deze toenemende concurrentie valt moeilijk te zeggen. Rusland an sich is een gevoelig onderwerp geworden en men hoedt ervoor om met wat voor informatie dan ook naar buiten te treden. Wel is bekend dat de export naar Rusland al tijden terugloopt, qua omzet door steeds meer landen voorbijgestreefd wordt en de desastreus lage roebel deze ontwikkelingen niet ten goede zal keren.
Laatste woord
Over de export naar Rusland zal het laatste woord nog niet gesproken zijn. “Vanuit de VGB wordt, ism LTO, FloraHolland, Wageningen UR en het minister van EZ, gezocht naar manieren om trips te gaan mijden”, vertelt Roodenburg. “Er is daartoe een subsidieaanvraag ingediend bij Topsectoren (overigens samen met de groenten- en fruitsector). Nu zoeken we naar twee oplossingen, een voor de korte een voor de lange termijn. Op de korte termijn is het zaak om in de post-harvest fase ongedierte te bestrijden; op de lange termijn moet op kas niveau gekeken worden op tripsvrije productie mogelijk is.
“Als laatste punt is er een eerste, voorzichtige doorbraak te melden. Al langere tijd proberen wij via het ministerie in contact te komen met Russische autoriteiten. Die lijken daar nu voor open te staan en er wordt gesproken over een datum. Het is van het grootste belang de conversatie te zoeken en te voeren”, besluit Roodenburg, “want de hele tijd over, maar nooit met elkaar praten, daar schiet niemand iets mee op.”