Carolina Visser van Farm Backsjön in de buurt van Sollefteå begon een jaar of zes geleden met de teelt van tulpenbollen. En hoewel iedereen zei dat het zo ver naar het noorden onmogelijk was tulpenbollen te telen, is zij daar toch in geslaagd. “De omstandigheden hebben ook voordelen. Op de lange zomerdagen staan de tulpen in bloei en de koude winters beschermt ze tegen ziekten,” zegt Carolina Visser, die als dochter uit een Nederlandse bollentelersgeslacht de traditie meenam naar Västernorrland. Nu verkoopt ze haar tulpenbollen lokaal en via het internet, en ze merkt dat de consument zeker belangstelling heeft.
Dat ontdekten ook Joakim Svensson en Malin Nilsson in Lunnarp, in het zuidelijke Skåne. “We hebben verschillende gewassen overwogen voor we voor de tulpenbol kozen. In de jaren ’60 was er bollenteelt in Hammenhög en het leek ons de moeite waard om het nog eens te proberen,” vertelt Joakim Svensson. De bollen worden in het najaar geplant en blijven in de grond tot ze in juni worden gerooid. Daarna worden ze gesorteerd en gedroogd om tenslotte in de boerderijwinkel te worden verkocht.
Samenwerking
De duurzaamheid van de lokale tulpenbollen is des te groter omdat er geen gewasbescherming aan te pas komt. Deze middelen zijn verboden in Zweden. “Tot nu toe was het een succes. De rentabiliteit is goed, maar we moeten een paar hectare inzetten om het lonend te maken. Een halve hectare is namelijk evenveel werk als twee hectare. Daarom zouden we moeten samenwerken met een tulpenkweker die voordelen ziet in een volledig Zweedse tulp, van bol tot bloem,” denkt Svensson.
Tulpenbollen worden tot nu toe vooral geïmporteerd uit Nederland, dat de markt stevig in handen heeft. “Met hun tulpen kunnen we op zich niet concurreren, maar het lokale aspect is wel concurrerend,” ervaart Svensson. Om de kosten binnen de perken te houden kochten Joakim en Malin gebruikte machines in Denemarken. Reclame maken ze via sociale media.
Svensson en Visser geloven beiden dat een deel van de 100 miljoen Nederlandse tulpenbollen die jaarlijks uit Nederland wordt geïmporteerd, kan worden vervangen door de Zweedse bollen. Toch is er nog onderzoek nodig om te ontdekken welke soort het in Zweden het beste doet.
Tulpenteelt
De Zweedse tulpentelers doen het ondertussen beter dan ooit. Alleen al de dertien bedrijven die aangesloten zijn bij brancheorganisatie Blomsterlöksgruppen teelden in 2016 162 miljoen tulpen, en de vraag blijft op peil. “De tulpenteelt neemt toe door de stijgende vraag bij vooral de supermarkten,” vertelt Maja Persson van coöperatie LRF. De tulpen vormen het bewijs dat de Zweedse teelt de markt kan overnemen van de import. Tegenwoordig zijn de meeste Zweedse tulpen het keurmerk ”Från Sverige”. Maar tot nu toe kwamen de bollen uit Nederland. “Nederland heeft de markt stevig in handen. Veel Nederlandse telers hebben hun werkzaamheid bovendien naar landen als Frankrijk verplaatst,” zegt Robert Henriksson van Blomsterlöksgruppen. Volgens de cijfers van de Landbouwraad haalde de Zweedse tulpentelers een totale omzet van zo’n 30 miljoen euro in 2016.
bron: Landlantbruck