5% Nederlandse bomen is autochtoon
In het Roggebotzand in Oost-Flevoland vind je een genenbank voor inheemse bomen en struiken. Die genenbank is in 2006 aangelegd en is de enige locatie waar inheemse bomen en struiken in stand gehouden worden. Dat is nodig, want nog maar 5% van de Nederlandse bomen is autochtoon. Op het terrein vind je nu zo'n 60 verschillende soorten, schrijft vakblad natuur Bos Landschap in het artikel 'Reportage in het bos van de toekomst'. Een nieuwe soort wordt alleen aangeplant wanneer er minstens 30 verschillende individuen beschikbaar zijn. Zo zorg je dat de genetische diversiteit gewaarborgd blijft.
Genenbank
Op de website Genenbank inheemse bomen en struiken kun je een overzicht vinden van de aangeplante soorten. Zo vind je er bijvoorbeeld lijsterbessen, kamperfoelie, rozen, iepen, wilde appels en ligusters of de es. De opstand van die laatste soort is onder meer van belang voor een proef om te kijken of er exemplaren zijn die min of meer resistent zijn tegen de essentaksterfte.
Zaad
De genenbank wordt beheerd door Staatsbosbeheer en het Centrum van Genetische Bronnen (CGN) in Wageningen. Om de zaadwaliteit te garanderen, wordt er samengewerkt met het ISOGEN, onderdeel van het Institut für Forstgenetik in Göttingen, die de zaden test op kiemkracht. Het zaad zelf wordt in Zeewolde verwerkt door medewerkers van Staatsbosbeheer.
Bron: Wageningen University & Research (Joukje Buiteveld)